Onze eerste nacht in Oezbekistan hebben we doorgebracht in Nukus, net over de grens van Turkmenistan. Omdat we ons dienen te registreren zullen we ook de komende nachten in hotels verblijven. Doen we dat niet, dan riskeren we een flinke boete. Ook in Oezbekistan willen ze graag weten (lees: controleren) waar en wanneer we zijn
Vandaag willen we naar Moynaq. Dit was ooit een florerende havenstad aan de Aral zee, zo’n 200 kilometer ten noordwesten van Nukus. Helaas trekt de zee zich ieder jaar tientallen meters terug. De voornaamste oorzaak is het verbouwen van katoen. Dit gewas heeft ontzettend veel water nodig en daar zijn de voorzieningen in de woestijn niet toereikend voor. De stad is inmiddels helemaal drooggelegd. Wat er nog overblijft zijn vele scheepswrakken die er spookachtig verlaten bij liggen. Hoewel ze door mensen op een rij zijn neergelegd, moet het er indrukwekkend uitzien.
Voordat we vertrekken moeten we nog geld wisselen. De receptionist bij het hotel geeft aan dat we het beste naar de zwarte markt kunnen gaan voor een goede koers. De zwarte markt bevindt zich toepasselijk op de bazaar (markt). Hier vragen we de politie ons te helpen en worden we netjes door hen begeleidt naar een ander deel van de bazaar. Onderweg haakt een jongen aan met een pak geld zo groot dat hij het amper vast kan houden. Hij spreekt wat Engels, dus vragen we of hij niet wat geld kan wisselen. Maar ondanks het enorme pak geld, zegt hij niet genoeg te hebben voor ons.
In een straatje waar we veel mannen zien met tassen vol geld, stellen de agenten ons voor aan een van hen. Met een weekendtas vol briefgeld lijkt hij net een bankoverval te hebben gepleegd. We onderhandelen over de koers en komen tot een akkoord. Een net geordend pak geld met lint en al komt tevoorschijn. In zeer rap tempo wordt het geld geteld. 84 briefjes van 5.000 Som. Als we het na tellen zitten we wat te stuntelen om alle briefjes bij elkaar te houden en niets te laten vallen, maar het klopt: 420.000 som voor €50,-. Een goede deal voor de eerste onderhandeling vlak bij de grens maar later blijken we nog wat meer te kunnen krijgen. Met uitpuilende zakken lopen we de markt weer op. Iedereen heeft hier zijn zakken vol met geld dus niemand heeft aandacht voor ons. Nu nog tanken.
We hebben vernomen dat het een lastige opgave wordt om diesel te krijgen. De tankstation hebben bijna altijd alleen maar benzine of gas. Zelfs de grote vrachtwagens rijden hier meestal op gas. De paar vrachtwagens die op diesel rijden verbruiken tijdens het oogstseizoen alle diesel. Aangezien er nog niet geoogst wordt moeten we ergens nog wel wat kunnen vinden.
Gelukkig biedt de iOverlander app weer uitkomst. De navigatie leidt ons naar een straat midden in een woonwijk. Als we aan komen rijden zien we kinderen handgebaren maken met hun duim en pink. Ook staan overal lege flessen voor de deur, als teken dat in de achtertuin wat te halen valt. Een jochie van een jaar of vijf komt naar ons toegerend en wenkt ons naar zijn huis. Hij verdwijnt de woning in en komt even later terug met plastic fles gevuld met brandstof. Helaas blijkt het benzine te zijn. Na duidelijk gemaakt te hebben dat we toch echt diesel nodig hebben, leidt hij ons naar een ander huis. Een vrouw komt aangelopen en zegt dat een liter 5.100 som kost (circa 60 eurocent). Ik doe een tegenbod van 4.000 som. Ineens wordt het bedrag 4.500 som. Ik houd echter voet bij stuk (anders lopen we wel naar het volgende huis) en de vrouw stemt er uiteindelijk mee in. Harm haalt de jerrycans van het dak en we lopen mee door het huis naar de achtertuin. Daar staan vele plastic flessen en stalen kannen op een rij. Een man giet een grote kan met vloeistof wat enigszins naar diesel ruikt in onze jerrycan. We moeten maar hopen dat de motor het spul tolereert. We worden netjes geholpen de gevulde jerrycans weer terug op het dak te zetten en we rekenen af.
Inmiddels is het 12:00u geweest en besluiten we niet meer heen en weer naar Moynaq te rijden. De wegen zijn niet al te best en aangezien diesel een schaarste is het beter alvast richting Bukhara te rijden en een extra tussenstop te maken in Khiva.